Wanneer de gebruiker de transponder of op de knop van de
afstandbediening drukt, wordt bij juiste programmatie en wanneer de
gebruiker zich in de juiste tijdszone bevindt, het relais op de centrale
geschakeld en de aangesloten apparatuur aangestuurd.
Ook kan de gebruiker toegang krijgen door een geprogrammeerde
‘pin-code’ in te toetsen. Als derde mogelijkheid belt de gebruiker met
zijn of haar, vooraf aangemelde, mobiele telefoon naar de centrale
(Mobile Key), de centrale herkent het geprogrammeerde nummer
mits nummerherkenning op het telefoontoestel aan staat, en zal het
relais geschakeld worden.